
Belang van Gebabbel
Het is meer dan 2400 jaar geleden dat Sokrates in Plato’s Apologie over zichzelf zei: ik weet dat ik niks weet. In deze coronatijd waarin we allemaal thuiswerken, schiet mij deze filosofische gedachte te binnen. Ik maak ‘m een beetje anders: ik weet niet wat ik niet weet. Om te weten te komen wat ik niet weet hadden we voorheen op kantoor de informele gesprekken tijdens de lunch of bij de koffieautomaat. Niet alleen met directe collega’s, maar juist ook met mensen in andere rollen die je zomaar tegenkomt. Voor veel contact en communicatie bestaat een digitaal alternatief, behalve voor toevallige ontmoetingen. Daar lijkt niet iedereen zich van bewust.
We werken allemaal thuis en dat gaat best goed. We werken in Teams, we hebben video-vergaderingen, we kunnen elkaar vinden. We hebben alles, zelfs digitale hulpmiddelen, zoals een digi-whiteboard voor workshops. Toch kunnen we niet alles: we hebben de ‘wandelgangen’ niet meer. Geen gebabbel meer bij de koffieautomaat. Kortweg het informele circuit is weg. In de pre-coronatijd hoorde ik daar tussen neus en lippen door waar iemand mee bezig was. Dat bracht mij op ideeën voor mijn eigen project. Dat mis ik. Door het thuiswerken moet ik een boel dingen die ik vroeger impliciet deed nu expliciet doen. In plaats van bij de lunch aan m’n collega vragen hoe het staat met zijn project, moet ik hem erover bellen. Daarmee maak ik het expliciet. Dat gaat dan nog. Maar als ik niet weet dat hij bezig is met dat project, ga ik er ook niet expliciet naar vragen.
Een ander impliciet moment dat we in deze tijd expliciet moeten maken is een digitale borrel. Bij een ‘digi-borrel’ heb je mensen bewust uitgenodigd en dat zijn net niet de mensen die je toevallig tegenkomt, zoals dat bij een fysieke borrel wel het geval zou zijn. Je kunt niet digitaal toevallige ontmoetingen hebben. Ik kan een collega bellen of appen over dingen waarvan ik weet dat die spelen. Van de dingen waarvan ik niet weet dat ze spelen, weet ik ook niet dat ik ze had kunnen vragen of had kunnen horen. En die unknown unknowns – zoals de Engelsen zeggen – zijn soms wel bepalend voor het succes van een project.
We moeten er ons van bewust zijn dat deze dingen die we niet weten er zijn. De wandelgangen, de koffieautomaat, bij elkaar op de kamer zitten, zijn de Haarlemmerolie in ons werk om alles soepel te laten verlopen. Dit informele circuit bestaat in deze coronatijd niet, omdat we er geen digitaal alternatief voor beschikbaar hebben. Maar dit gebabbel hebben wij wel nodig om ons werk goed te doen. Als we straks weer op kantoor zitten, moeten we daar ook weer gebruik van maken, vind ik. Het werk zal na corona anders zijn dan ervoor. Niet iedereen zal even vaak op kantoor zijn, maar we moeten elkaar zeker weer zien en spreken.
Ik weet niet wat ik niet weet, maar ik weet wel wat ik mis.
– Geertje Appel
In samenwerking met Frank Blaauboer